woensdag 8 februari 2012

Een diamant of een bak roest?

Als ik langs dit gebouw liep, rook ik de weeïge geur van soep


HK en ik hebben het vaak over traumatische periodes uit ons leven, die erom vragen beschreven te worden. Hij vertelt bijvoorbeeld over zijn emigratie naar Amerika. Hoe hij door een stelletje rednecks bijna werd dood geslagen. En de joodse bakker waar hij voor werkte, die concentratiekampen had overleefd en geen enkel mededogen kende voor de verloren puber. 'Schrijf jij het maar op', zegt HK, 'het is te verschrikkelijk.' En inderdaad, als je over je eigen leed gaat schrijven, krijg je vaak een humorloos en langdradig verhaal waar niet doorheen te komen is.

Ik zag bij het tv-programma Het Uur van de Wolf, schrijver en tekenaar Ted van Lieshout. Hij was bezig met zijn eerste boek voor volwassenen gebaseerd op waargebeurde feiten. Zijn relatie als 11-jarige met een volwassen man. Hij schrijft vanuit dat jongetje. Het klinkt als Kees de Jongen die door een pedofiel wordt ingepalmd. Een jongetje dat zichzelf bijzonder vindt maar niemand ziet het. Tot die meneer hem opmerkt.
Van Lieshout laat het manuscript aan verschillende mensen lezen, uitgevers maar ook aan zijn beste vriend. Die vindt het verhaal saai en humorloos. Bovendien irriteert de toon van dat jongetje hem. 'Het gaat maar door, die kinderachtige woordjes, mama, papa, boterham.'  De redacteur van de uitgeverij is wel enthousiast al moeten alle stopwoordjes zoals' maar' en 'want' vervangen worden. Een andere uitgever waarschuwt de schrijver dat het niet een softpornoboek voor pedofielen moet worden, met expliciete seksscènes tussen een volwassen kerel en een kind.

Laatst waagde ik de zoveelste poging om mijn ervaringen op een leesbare manier op te schrijven. Een eetstoornis, kunstmatig gevoed worden en daarna een tijdje tussen de gekken verblijven. Er zijn schrijvers en journalisten die 3 dagen meelopen op de intensive care afdeling van een ziekenhuis. En daar een roman over schrijven. Ik heb tientallen anekdotes in mijn hoofd maar de juiste toon vinden om ze op te schrijven, dat lukt me niet. Het is te afschuwelijk en te pijnlijk. Bovendien erger ik me soms aan mezelf, houd op met dat slachtofferschap. Ik weet uit ervaring dat de beste verhalen in één klap geschreven worden. Gaat het moeizaam, kun je de juiste woorden niet vinden of, het allerergste, ga je iets uitleggen, dan kun je het vergeten.

Toen zei de dokter: ' We gaan over op kunstmatig voeden.' Even later bracht hij via mijn neus een slangetje aan waar astronautenvoeding door werd gepompt. Daarna kwam er een specialist, één of andere profesoor uit Leiden, uitleggen wat me te wachten stond. 'Wat je nu gaat meemaken, je gewicht weer op een acceptabel niveua krijgen, is een proces dat erger is dan afkicken van heroine.'

Ach, misschien moet ik het allemaal laten rusten en nooit meer aankomen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten