maandag 26 december 2011

Ben ik te min?

Hans´ kerstmaaltijd, een bordje patat op een terrasje in de zon
Ik heb de kerst met familie wel gemist. De kinderen worden zo groot dat ze dadelijk niet meer mee willen. Ach, alles gaat voorbij. Ik las net een doldwaze en ook dieptreurige roman van W.F. Hermans. Uit talloos veel miljoenen heet het. Het speelt zich in het bekende Groningse milieu waarin de hoofdpersoon maar geen professor wordt. Zijn vrouw komt uit een eenvoudig milieu. Haar ouders hadden een wolwinkeltje dat ´Het Wolwinkeltje´ heette. De vrouw drinkt stiekem sherry uit de azijnfles. Op sommige momenten lijkt het wel een klucht vol hilarische ontwikkelingen. Het verhaal eindigt in het ziekenhuis waar de vrouw geopereerd wordt aan een kwaadaardige tumor in haar baarmoeder. (de hele boel moet eruit, zegt de gynaecoloog). Als haar man op bezoek komt zegt hij iets grappigs, voor het eerst in het boek. ´Maak me niet aan het lachen, dat doet pijn´, is de laatste zin.
Op vakantie leest men nog eens wat want het televisieaanbod is voor emigranten. Laagdrempelig vertier. Gisteren zat ik nota bene naar Wie van de Drie te kijken. Met Arjan Ederveen en Martine Bijl. En André van Duijn en Ron Brandtsteder. Ook op de boulevard en in de volgestouwde kleine supermarktjes spreekt iedereen Hollands. ´Bert, ze hebben doperwtjes.´Bert:´We gaan toch niet gek doen, hé.´

De Algarve klinkt zo mooi maar we willen hier allebei nooit meer naar toe. Ik wandel elke dag langs het strand. Ik mis een gezellige hond die me vergezelt. Ik had wel mooi de tijd om mijn haar bij te kleuren. De apotheker verkocht henna dus heb ik dat geprobeerd. Ik lijk nu  op de protestzanger Armand. Hans vergeleek me met die politica die van heel Amsterdam een racebaan wilde maken: Gonnie van Olderaller of zoiets. Het licht hier is meedogenloos, ik lijk in de spiegel 70 jaar qua huid. Elke groef en rimpel is te zien.
Daarom heb ik maar een foto van Hans en mij gemaakt met een speciale ´mooie huid´ instelling.


Ik denk dat ik deze week de bus naar Lissabon neem. Even bijkomen in een stad.

donderdag 22 december 2011

El Gordo

Schoolkinderen uit Madrid lezen de loterijnummers ´zingend´ voor
 
De Spaanse loterij El Gordo was groot nieuws. Spanje en Portugal zijn tegenwoordig weer arme landen, zagen we op het nieuws. Vandaar dat er gisteren miljoenen Spanjaarden in de rij stonden om een lot te kopen. Mijn vriendin I. hoopt ook al jaren de pot in de wacht te slepen. Toen ik haar opzocht in Amerika, een paar jaar geleden, en ik zag hoeveel loten er verkocht waren, zei ik: ´ De kans dat jij de loterij wint is ongeveer even groot als dat ik zwanger raak van een Siamese tweeling.´ Ik was toen net een boek aan het lezen over de oudste aan elkaar geboren broers, vandaar.

Vandaag zagen we de trekking live op televisie. Het is traditie dat twee schoolkinderen uit Madrid de nummers voorlezen. Achter hen staan twee tombola´s die de nummers door elkaar schudden. In het midden zit de notaris. Als de nummertjes eruit komt rollen, links en rechts, worden ze aan de notaris getoond en zingen de kinderen het gevallen nummer. Zoals je doet als je verstoppertje speelt. ´Wie niet weg is wordt gezien.´ Die toon. Toen de geuniformde kinderen een winnend nummer trokken, liepen ze ook nog eens langs een jury van zo´n 5 man die het lang bestudeerde en tenslotte het sein Groen gaf. Het was inderdaad het nummer waarop 3 miljoen stond. Na afloop gaven de kinderen een interview aan de Spaanse pers. Een paar duizend Spanjaarden hadden mazzel, de rest richt zich op de volgende knaller van een loterij, El Nino.
Overigens las ik dat er meer buitenlanders meedoen dan Spanjaarden.

woensdag 21 december 2011

Ongekende luxe

De vissersboten worden met een tractor het strand op getrokken
Stel je voor, er komen elke dag drie vrolijke dames langs die stofzuigen, de vloer dweilen, de badkamer soppen en de bedden opmaken. Bovendien verschonen ze de lakens en slopen 3x per week. Dat is toch een ongekende luxe? Ik mis alleen nog een vriendelijke verpleegkundige die, als wij nog half slapen, onze temperatuur en bloeddruk opmeet, dat is de service die ze in het ziekenhuis verlenen. Dat geeft zo'n veilig gevoel, alles wordt in de gaten gehouden, niets is ons te veel voor het duo Streep/de Korte.
Of zoals mijn personal trainer zegt: Toegewijd aan uw succes!

zondag 18 december 2011

Boekenrecensie

De kleuterschool van Monte Gordo met moestuintje
Vandaag zag ik een ministeltlopertje op het strand met één pootje. Hij leek er niet onder te lijden. Gelukkig maar want ik ben gevoelig voor dierenleed. Er lopen hier van die asbakhondjes rond, de meeste hebben te korte poten. Vader een teckel, moeder een herdershond. Ze lijken altijd dringend op weg naar een afspraak. Ze lopen langs ons heen alsof ze willen zeggen: ´Sorry, ik heb nu geen tijd op te praten. Opzij.´

Ik had in Amsterdam in de kringloopwinkel een stapel boeken gekocht. Waaronder Dress your family in Corduroy and Denim van David Sedaris. Hij schrijft inderdaad zo geestig als ik vaak heb horen beweren. Zoals over zijn familie, een oneindige bron van inspiratie, veel zusjes, een broertje en ouders. Het deed me denken aan My Family and other Animals van Gerald Durrell. Moeders van grote gezinnen krijgen op een gegeven moment een laconieke manier van opvoeden. Zo gooit mevrouw Sedaris haar zoontje en drie dochters de sneeuw in nadat ze 5 dagen niet naar school zijn geweest wegens ijsvrij.  `Mijn huis uit´, roept ze. De kinderen: `Het is ook ons huis.´ Nadat ze een sneeuwpop hebben gemaakt en sneeuwballen gegooid, willen ze weer naar binnen. Hun moeder zit met een glas wijn in haar hand in de warme woonkamer en negeert haar nageslacht. Dat wil zeggen: als zij op het raam bonken, doet zij de luxaflex dicht.
De recensies van het boek zijn jubelend zoals deze in de Seattle Weekly: With a Mark Twain sensibility and the timing of Chris Rock, Sedaris can make you snort, guffaw and whoop.
Times Literary Supplement: No one renders the pathos, chaos, and impossible variety of daily encouters like David Sedaris. On every subject, he´s bruisingly painful and tenderly affectionate. Sedaris is a unique voice in American writing.

Dan het boek Boy van J. Bernlef. De vorige eigenaar heeft het verhaal  op de laatste pagina samengevat:
Wahwahwahblablabla over ´n paraplu hoe generatiebeledigend weinigzeggend waar is de essentie of noodzakelijkheid van dit boek. Literair, maar ook niemendal, schrijft ene Toon in 2000.
Misschien was voor Toon de afloop onbevredigend en waren zijn verwachtingen te hoog gespannen. Ik vind het uitstekend geschreven maar ik ben pas op pagina 46. Er kan nog van alles gebeuren of juist niet.

Er zijn hier veel hardlopers die trainen voor een marathon






zaterdag 17 december 2011

Terrasje pikken

In Madeira wordt kerstmis uitbundig gevierd met miljoenen lichtjes.
Deze leeggelopen kerstman geeft de kerstsfeer weer in Monte Gordo
Vandaag ging ik een lange strandwandeling maken. Er stonden mannen tot hun heupen in het water met schepnetten in hun hand. Ik bleef kijken wat ze vingen. Ze liepen het strand op en leegden hun netten op het zand. Schelpen waren de vangst die ze ter plekke sorteerden. Later zag ik ze in het stadje waar ze hun vangst te koop aanboden.
Gisteren dronken Hans en ik koffie bij één van de strandtentjes. Er schijnen hier geen bouwvoorschriften te zijn dus de tenthouders doen maar wat. ´Het lijken wel de hutten die wij vroeger bouwden op een leeg landje.´zei Hans. We stopten bij een krakkemikkig bouwsel dat met touw- en vliegwerk aan elkaar hing. Een oud mannetje met een getaand gelaat nam onze bestelling op. Eén cappuccino en een cola light. De koffie was een bleek brouwsel en de cola kwam uit een blikje. Even later verscheen zijn vrouw. ´Bon dia´, zeiden wij. Zij verdween weer naar achteren. Van cola moet je plassen dus, alhoewel ik er tegenop zag, liep ik toch naar het toilet. Binnen zat een nog ouder vrouwtje. Het deed me denken aan het interview van Godfried Bomans met de 100 jarige. Uiteraard zat er geen bril op de wc dus bleef ik zwevend over de pot hangen. Er was gelukkig wel toiletpapier.

´Wat een mooi leven hebben de vogels hier´, zei ik later toen ik teruggekeerd was. Er lag een groep meeuwen op het strand te slapen. In de verte kwam er een ministeltlopertje razendsnel aanrennen. Af en toe stopte hij om wat eetbaars op te vissen uit het zand. Daarna slalomde hij om de meeuwen heen en vervolgde zijn strooptocht tot hij nog slechts een stipje was.
Je zou denken dat de oude man blij was met onze klandizie maar toen twee Hollandse dames zich bij ons wilden voegen op het ´terras´ was er geen bediening meer. ´Mijn vrouw is even weg´, begrepen we uit de handgebaren van de oude.
`Ik heb het hier wel gezien´, zei ik tegen Hans. We liepen nog even over de boulevard langs het terras waar de Hollanders zich verzamelen. Dat zijn andere mensen dan Nederlanders. Zij hebben geen enkel gevoel voor stijl en hebben hun hele leven lang nergens over nagedacht. Ze praten in clichés en zien de wereld door de ogen van De Telegraaf. Het wereldnieuws staat op pagina 16 in die krant en de ingezonden brievenrubriek lijkt wel een parodie op de PVV-stemmer.

Nu heb ik een terrasje gevonden waar voornamelijk Portugezen en Spanjaarden komen. Piekfijn gekleed. Vandaag zaten er twee jonge mannen en twee jonge vrouwen naast ons. Zodra ze hun bestelling hadden doorgegeven pakten ze alle 4 hun mobieltje uit hun zak. Twee gingen bellen, de andere twee verdiepten zich in een spelletje Scrabble. Het zonnetje scheen en we voelden ons even in het buitenland.




donderdag 15 december 2011

Honden

Doorkijkje met op de achtergrond de watertoren

Zodra de zon ondergaat begint er een hond te blaffen. Tot zonsopgang. Hans verwerkte het geluid slapend; zijn droompersonages praatten niet maar blaften. Vertelde hij ´ochtends.

Ik besloot vandaag op avontuur te gaan; de bus nemen naar de stad Vila Réal. Bij de halte stonden al twee Portugese dames te wachten, met hun typische gedrongen gestaltes gehuld in wol. Om hen heen drentelden twee honden. Beide met een halsband om. Ze sprongen af en toe tegen de dames op waardoor ik ervan uitging dat de vier bij elkaar hoorden. Maar de vrouwen riepen: Kssst en wegwezen in het Portugees. De honden raakten steeds opgewondener. De één had de grootte van een kleine jachthond, de ander was een wit smoezelig onderdeurtje. De bus draaide om de rotonde om moest daarna nog een ronde maken voordat hij bij de halte stopte. De honden raakten buiten zinnen en begonnen rennend de weg over te steken terwijl de auto´s langs hen heen raasden. Iedereen hield zijn hart vast. De Nederlandse dames zeiden`´Ik hou mijn hart vast.´ De chauffeur stopte en opende de deuren. De dames en de honden stapten in. De chauffeur bleef stoïcijns maar de Portugezen vonden het hun plicht de beesten uit de bus te jagen. ´Misschien zijn ze gewend de bus te nemen¨, zei ik tegen de Hollandezen, ´ik ken honden in Amsterdam die een stukje meerijden in de tram.´ Met veel moeite werden de honden de bus uitgewerkt. Zwaar teleurgesteld keken ze ons na.

De stad was slecht 10 minuutjes verderop en zo deprimerend (veel uitdragerijen met slechte kwaliteit spullen) dat ik de volgende bus terug wilde nemen. Die ging pas een uur later. Monte Gordo leek opeens zo slecht nog niet.

Een gewoon Portugees woonhuis in Monte Gordo





woensdag 14 december 2011

Ik ben hier niet geschikt voor

Het is hier erg fris, we houden onze winterjassen aan
 Er worden tripjes aangeboden naar Sevilla en Lissabon. Voor 30 euro rijdt een touringcar je naar deze steden waar je dan een uurtje kunt shoppen. Sevilla wordt beschreven als de mooiste stad van Europa.
Monte Gordo wekt de indruk dat hier de recessie zwaar heeft toegeslagen. De rijken worden rijker en de armen worden armer, lazen we in een Portugese krant. Als je Frans hebt geleerd, kun je het Portugees enigszins ontcijferen. We hebben nog geen bedelaars gezien en ook geen opdringerige restauranthouders. Het lijkt wel of ze te terneergeslagen zijn om klanten te werven.
De Benidorm Basterds, zoals de Hollandse overwinteraars door mij genoemd worden, hebben Monte Gordo ongegeneerd overgenomen. Net zo ergerlijk als het is dat moslims in Amsterdam angstvallig vasthouden aan hun cultuur, zijn die onaantrekkelijke provinciale Nederlanders met, ik heb het eerder gezegd, hun eeuwige fleecetruien. Ik wil graag omringd worden door mensen die mij inspireren, realiseerde ik me. Deze overwinteraars ontbreekt het aan fantasie, ze willen hetzelfde als thuis maar dan met beter weer. In Madeira waren de toeristen voornamelijk Britten. Daar kon je nog de stad in en je mengen onder de lokale bevolking. Je had het gevoel dat je in verbinding stond met de beschaafde wereld. Hier absoluut niet.

Ik liep door het stadje te wandelen en passeerde meerdere terrasjes waar men luid in het Hollands zat te dollen. Op de uithangborden stond: Hier kunt u de Telegraaf lezen. Door een misverstand kon ik Hans niet vinden en streek neer op een terras, Portugees, zo te zien. Maar nee, er kwam onmiddellijk een grijsaard op me af die zei: ´Ja, ja´en toen ´Dag mevrouw, wilt u de Telegraaf lezen´. Truus, die al aan haar koffie zat, had hem al uit. ´Allemaal ellende´ zei ze, de krant overhandigend. Vlak naast mijn stoel was een speaker bevestigd waaruit een oud-Hollandse hit schalde.Stel je voor dat je heimwee zou krijgen.

Overdag wordt het gebouw naast ons gerenoveerd door lawaaiige bouwvakkers, aan de boulevard werden de palmbomen gesnoeid en het kleine parkje grasgemaaid. Als de zon ondergaat vliegen er mussen van alle kanten naar de heg van de overburen. Net als de groene halsbandparkieten in het Oosterpark. Ze kwetteren luidruchtig voor het slapen gaan, als kinderen. Tegelijkertijd hoor je kinderstemmen roepen, ´Mama! Papa ´, ze schreeuwen of fluiten. ´Waar zijn de ouders van die arme kinderen?´, vroeg ik aan Hans. ´Het is een papagaai´, zei hij. Ach, natuurlijk. 

´Heeft u de NRC?´´Nee, we houden niet van intellectuelen.´
PS Je zult het niet geloven maar wij kijken naar De Wereld Draait Door. Daarna komt Pauw & Witteman. HELP! (verder zijn er drie Italiaanse en drie Duitse zenders)



Lezen

Hans is blij met zijn nieuwe aankoop, een fiets met fietser
Hij doet het ook nog, de fietser fiets door de kamer

Ik ben een boekje van Colin Wilson aan het lezen, Lingard. Op de omslag staat geschreven: Rape...Murder...Fetishism...Perversion. Een fijn romannetje om bij te ontspannen. Colin Wilson is een eigenaardige schrijver die zich psychologisch verdiept heeft in de seksuele perversies van de mens. Hele families slapen in één bed. Van het één komt het ander. De personages zijn een soort Zomerhoffies die het niet uitmaakt of ze het met hun zus of hun tante doen.
´... a masterful job of pinpointing the motivations behind the madman´s ghastly acts of defiance of society.´, schrijft de Cleveland Press.

Eigenaardig toch dat gruwelijke martelingen en moord onder het kopje Amusement vallen. Het werkje is gepubliceerd in 1970 maar speelt zich af in de jaren 50 ergens in de buurt van Liverpool.

Het is het verhaal van een emotioneel verwaarloosd, gevoelig jongetje dat steeds grotere perversiteiten nodig heeft om, eigenlijk, gemoedsrust te vinden. Het eigen leven leefbaar maken door anderen te kwellen. De gevoelige geest is meestal ook creatief. Maar waarom wordt de één kunstenaar terwijl de ander de grens overschrijdt naar criminele daden?  Eerst vat je sympathie op voor het arme kind maar naarmate het verhaal vordert, krijgt afschuw de overhand. Wat moet je met dat soort mensen? Vroeger was men ervan overtuigd dat ze te rehabiliteren waren. De psychiater denkt de misdadiger te kunnen genezen door hem openlijk en gedetailleerd zijn verhaal te laten doen.Na die catharsis zal zijn zieke geest helen en kan de patiënt weer als volwaardig persoon meedoen in de maatschappij.

Midden in de pocket staat één pagina waarop het sigarettenmerk Kent wordt aangeprezen: Micronite filter. Mild, smooth taste. For all the right reasons: Kent.
De opvattingen uit die tijd zijn in vele opzichten veranderd. Hoop ik.





dinsdag 13 december 2011

Editie 0

Uitzicht vanuit ons hotel
Dit Monte Gordo is niet zo welvarend als Madeira. Het lijkt hier wel een spookstad. Veel huizen zijn dicht getimmerd of staan leeg, verloederd met de luiken dicht. En er lopen alleen maar Nederlandse grijze stellen in fleecekledij rond die heel hard praten. Ik doe net of ik ze niet versta. Om de hoek is Ed & Willem´s eetcafé. De hap van vandaag is nasi goreng maar je kunt er ook bitterballen en pannenkoeken krijgen. Van zuks dus.
Op de dag van aankomst scheen de zon maar vandaag is het bewolkt en erg fris. Internet is gratis in dit hotel. Je kon bij het reisbureau uit twee locaties kiezen, in de zon of aan de zijkant. We zitten weliswaar aan de zonkant maar we hebben geen uitzicht op zee maar op een oerlelijk appartementengebouw waar zo te zien, nog maar twee mensen of gezinnen wonen. Tussen de afbraakwoningen staan wel prachtige huisjes.Zo´n 200 meter hiervandaan ligt een camping. We kunnen hem vanaf het balkon zien. De vliegreis was kort. Het busje dat ons van Faro naar Monte Gordo vervoerde deed er zo´n anderhalf uur over. Toen was ik wel gaar. Hans sliep in de taxi naar Schiphol, in het vliegtuig, in het busje. En op dit moment slaapt-ie ook. Je hebt geen kind aan hem.
Ik moet ophouden, lief dagboek, hij wordt wakker.Tot morgen.

Er wonen wel katten in de leegstaande huizen